Cyclische beleving van tijd
Al eeuwen worden we in het Westen opgevoed met een lineair tijdsbesef. Je gaat van a naar b in een rechte lijn. Je stelt een doel, daar werk je naar toe. De geschiedenis begon op moment x met vertellen en gaat rechtlijnig vooruit naar de toekomst. Planten ontkiemen, groeien, sterven af. De maan wast, is vol, neemt af. De zon komt op, staat aan het zenit, gaat onder. Lente, zomer, herfst, winter. Je wordt geboren, je leeft, je gaat dood.
Ik vraag me af hoe onze verre voorouders naar tijd keken. Een speurtochtje langs tijdmeters als tastbaar spoor van hun blik op tijd brengt me via digitale klokken, mechanische klokken, waterklokken, zandlopers en zonnewijzers naar 3500 voor Christus. De bouwmeesters van die tijd berekenden de samenhang tussen hun megalithische bouwwerk en iets wat voor hun cultuur belangrijk was, bijvoorbeeld de zonsopkomst tijdens de midwinterzonnewende of een sterrenbeeld dat in een specifiek jaargetijde boven de horizon verscheen. Je zou hieruit af kunnen leiden dat het leven op aarde voor hen in directe verbinding stond met het heelal om hen heen.
Als je kijkt naar de wereld en het heelal om je heen, dan gaat de tijd niet van a naar b en dan is het klaar. De natuur en het heelal om ons heen laten zien dat tijd cyclisch is. Lente, zomer, herfst, winter, en lente. De zon komt op, staat aan het zenit, gaat onder, en komt op. De maan wast, is vol, neemt af, en wast. Dit cyclische ritme wordt al millennia in vele tradities weergegeven in de vorm van een wiel, het wiel van tijd, het jaarwiel, dat eeuwig doordraait.
Al verscheidene jaren kijk ik aandachtig naar de natuur, bijvoorbeeld voor het uitwerken van de Cawen natuurtrainingen. Door dat kijken is een cyclisch tijdbesef bijna ongemerkt naar binnen gesijpeld. Ik zie dat elke fase deel uitmaakt van een natuurlijk proces en dat dat proces zich keer op keer herhaalt. Het geeft me vertrouwen dat alles is zoals het hoort te zijn, een onlosmakelijk deel van het natuurlijke proces.
Wat voor verschuiving er zou kunnen komen als je cyclisch gaat kijken naar je wordt geboren, je leeft, je gaat dood, kan ik voor jou niet zeggen. Denk of voel daar zelf maar eens over door. Daar wijd ik wellicht nog eens een ander spinsel aan. Voor nu is mijn vraag:
Wat verandert er in jou als je het leven in een cyclisch tijdsbesef zou ervaren?
En wat als we afspreken dat we vanaf nu in alle leerboeken en alle krantenartikelen alle cyclische rijtjes rond maken? Dat we schrijven over lente, zomer, herfst, winter, en lente? De zon komt op, gaat onder, en komt op?
CW/dec2021
/ | \